PARAMARIBO – Minister Melvin Bouva van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Internationale Samenwerking (BIS), heeft bevestigd dat de nieuwe regering het project met Indiase voedselpakketten zal voortzetten.
Het besluit komt te midden van vragen over financiële transparantie, distributieproblemen en politieke kritiek op de uitvoering van het project door de vorige regering.
Bouva maakte duidelijk dat het ministerie onder zijn leiding een voorlopige rapportage heeft opgevraagd van het project, inclusief zowel organisatorische als financiële aspecten. “Er is een voorlopig financieel deel en een organisatorisch deel dat door ons team verder wordt benaderd”, zei de minister. Hij benadrukte dat de geruchten over een totale uitgave van SRD 1,3 miljard voor distributie en opslag onjuist zijn. Volgens de voorlopige cijfers gaat het om een bedrag van SRD 23 miljoen, waarbij momenteel nog 24 containers in opslag staan.
De minister erkende dat het project in het verleden werd misbruikt door de vorige regering. “Er zijn tijdens de verkiezingsperiode pakketten gebruikt als een soort politiek instrument”, zei Bouva. Desondanks ziet hij een strategische waarde in de voortzetting van de samenwerking met India. “Het gaat om internationale relaties en samenwerking. India heeft middelen geschonken aan Suriname voor mensen die het dringend nodig hebben, en dat moet zorgvuldig, transparant en correct worden uitgevoerd.”
Bouva benadrukte dat de voedselpakketten kwalitatief goed zijn en dat de distributie via sociale instellingen, districtscommissariaten en bestaande structuren zal plaatsvinden. Dit moet voorkomen dat pakketten verkeerd terechtkomen. “Het grootste verschil met eerdere distributies is dat we nu een gecontroleerd traject hebben, zodat de pakketten daadwerkelijk bij de behoeftigen komen”, stelde de minister.
Over de kritiek op de voortzetting van het project zei Bouva: “Simpel en zakelijk: als verantwoordelijke minister moet ik het algemeen en nationaal belang vooropstellen. Het gaat om een bevriende natie die middelen heeft geschonken voor de bevolking. De distributie zal plaatsvinden zonder politieke belangen of propaganda.”
Een belangrijk obstakel dat eerder voor vertraging zorgde, was een financieel probleem bij het lossen van de containers in de haven. Het benodigde geld werd uiteindelijk vrijgemaakt uit een donatiefonds vanuit Saoedi-Arabië. “Er is ruim SRD 22 tot SRD 23 miljoen beschikbaar gesteld voor het lossen en de distributie van de containers”, aldus Bouva.
Het ministerie streeft ernaar het project nog dit jaar volledig af te ronden, uiterlijk in november of december. “Wanneer dat gebeurd is, zullen we een volledige rapportage hebben, inclusief alle organisatorische en financiële details”, zei de minister. Volgens Bouva zal deze evaluatie bepalend zijn voor de toekomstige uitvoering van soortgelijke projecten.
Bouva wees erop dat het project niet alleen humanitaire waarde heeft, maar ook een toetsing biedt voor Suriname om samenwerkingen met internationale partners op een transparante manier te beheren. “De kosten moeten beheerst worden, de distributie efficiënt, en er mag geen misbruik plaatsvinden. Dan kunnen we echt iets goeds voor de bevolking doen”, benadrukte hij.
Met deze verklaring geeft de minister een duidelijk signaal dat de nieuwe regering geen abrupte koerswijziging wil maken, ondanks politieke druk en eerdere misstanden. “Het gaat om de mensen die de pakketten nodig hebben. Politieke overwegingen laten we hierbij buiten beschouwing”, sloot Bouva af.