De bewindsman reageerde woensdag, voorafgaand aan de vergadering van de Raad van Ministers, op vragen van journalisten over het voorval.

 Volgens Monorath ontving hij het bericht rond 11:45 uur en werd hij direct op de hoogte gebracht van de situatie. “Voor zover ik weet is er een schietincident geweest waarbij een politieambtenaar met zijn dienstwapen een burger heeft neergeschoten, met dodelijke afloop,” verklaarde hij. De minister benadrukte dat hij het onderzoek naar het incident afwacht, maar dat hij in de tussentijd een tussentijdse rapportage heeft ontvangen.

“Het is onder geen enkele omstandigheid goed te praten dat een dienstwapen wordt gebruikt buiten de context van handhaving,” stelde Monorath scherp. “Politiemannen moeten juist de samenleving beschermen, niet haar in gevaar brengen. Dit geval legt de kwetsbaarheden binnen onze veiligheidsdiensten pijnlijk bloot.” Uit de eerste informatie blijkt dat de agent met een dienstvoertuig naar de plaats van het incident reed en daar na een woordenwisseling het slachtoffer zou hebben neergeschoten. “We zullen betere randvoorwaarden moeten creëren zodat politiemannen hun wapens enkel gebruiken voor het veilig houden van de samenleving, niet wanneer het henzelf uitkomt,” aldus de minister.

Monorath ging ook in op een ander recent geval waarbij een tiener een baby om het leven bracht in het district Kabalebo. Hij sprak zijn zorg uit over de toenemende betrokkenheid van jongeren bij ernstige geweldsdelicten. “Dit zijn signalen die we niet mogen negeren. We moeten als samenleving en overheid meer doen aan opvoeding, begeleiding en mentale ondersteuning van jongeren,” zei hij. De minister benadrukte dat zowel in het geval van de politieagent als de tiener het gerechtelijk onderzoek volledig zijn beloop zal hebben. “Iedereen is gelijk voor de wet,” besloot Monorath.