PARAMARIBO- Het Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) heeft opnieuw melding gemaakt van ernstige onregelmatigheden, die zouden zijn gepleegd onder het vorige...
bewind. Minister Mike Noersalim bevestigt dat een deel van de Staatsboerderij op onrechtmatige wijze is uitgegeven en vervolgens bijna leeggehaald, waarbij zowel dieren als andere bezittingen zoek zijn geraakt, waaronder 100 volras schapen.
De zaak is voorgelegd aan het Openbaar Ministerie, dat een strafrechtelijk onderzoek moet instellen. Uit documenten binnen het ministerie blijkt dat de Staatsboerderij aanvankelijk aan derden werd verhuurd, daarna werd ingetrokken, en vervolgens opnieuw werd afgestaan buiten de gebruikelijke overheidsprocedures om. De aangifte maakt deel uit van de bredere inspanningen van LVV om de erfenis van de vorige regering in beeld te brengen.
“Dit is een van de zaken die gedeponeerd is bij de justitie. Omdat de staatsboerderij in eerste instantie verhuurd is geworden aan derden, en weer ingetrokken. En toen bleek uit documentatie dat die eigenlijk weer is afgestaan, maar niet volgens de procedure die we kennen bij de overheid”, zegt de minister. Volgens Noersalim heeft het ministerie de afgelopen week formeel aangifte gedaan van de vermoedelijke malversaties. “En u begrijpt dat als zaken niet zijn gegaan volgens de procedure, dat wij niet alleen onderzoeken, maar als wij zien dat er strafrechtelijke zaken kleven, dan moeten we dat deponeren waar het onderzoek gedaan kan worden. En dat hebben we al gedaan de afgelopen week. Laten wij rustig het onderzoek afwachten. Zodra het zover is wordt het ook gedeeld met u.”
De omvang van de vermoedelijke verduistering lijkt aanzienlijk. “U moet zich indenken: er waren ook opstallen, er waren ook dieren daar. Dus die zijn ook verhuurd waarschijnlijk, maar ook verkocht. Er zijn ook schapen verkocht, meer dan 100 schapen,” zegt Noersalim. “Allerlei dingen zijn verkocht, maar als je in de boeken kijkt en de stukken bestudeert, dan is daar niets gegaan conform de regels. Dan begrijpt u dat wij dit ook niet zo laten.”