PARAMARIBO – Minister Henry Ori van Onderwijs benadrukt het belang van hoger onderwijs, zowel binnen als buiten Suriname.
Terwijl jaarlijks tientallen jongeren kiezen voor een buitenlandse studie, blijft naar schatting 80% van de studenten hun opleiding in eigen land voortzetten. “We leven in een vrij land, en mensen mogen kiezen. Maar het is bemoedigend dat het merendeel toch hier blijft,” aldus Ori.
De uitstroom naar het buitenland betreft vooral studenten die opleidingen volgen die lokaal niet beschikbaar zijn – vaak in technische, wetenschappelijke of ondervertegenwoordigde vakgebieden. “Kinderen die van het VWO komen, kiezen vaker voor buitenlandse universiteiten. Maar ook professionals die zich verder willen specialiseren, zoeken het buitenland op. Dat is prima, zolang de oriëntatie uiteindelijk terug naar Suriname is.”
Ori, die zelf jaren in het buitenland studeerde, noemt buitenlandse scholing een verrijking. Toch dringt hij erop aan dat Suriname ook profiteert van deze investering. “Studeren in het buitenland is geen eindstation. De bedoeling is dat je terugkomt en je land dient.”
Om talentontwikkeling te stimuleren, zijn er jaarlijks enkele honderden studiebeurzen beschikbaar, gefinancierd door de Surinaamse overheid en bevriende landen als China, Cuba en India. De nadruk ligt op studies in sectoren zoals olie en gas, landbouw, houtverwerking en techniek. Volledig betaalde beurzen zijn echter beperkt. “De kosten zijn hoog. We moeten verantwoord omgaan met publieke middelen. Sommige ouders kunnen bijdragen, anderen niet. Maar briljante jongeren mogen nooit worden uitgesloten vanwege financiële beperkingen,” aldus Ori.
Beurzen worden toegekend op basis van opleiding, draagkracht van ouders en maatschappelijke relevantie. Studies die ook lokaal gevolgd kunnen worden, komen doorgaans niet in aanmerking. Via de Nationale Ontwikkelingsbank ondersteunt de overheid studenten met maandelijkse toelages, laptops, huisvesting en in sommige gevallen fietsen.
Ori benadrukt dat deze investeringen pas waarde hebben als de studenten terugkeren. “Beurzen vallen onder verantwoord beleid met duidelijke afspraken. Wie betaalt ze terug? Wie garandeert het rendement? Dat zijn legitieme vragen. Maar talent mag nooit verloren gaan.” De minister besluit met een oproep aan jongeren: “Studeer waar je moet, maar keer terug waar je hoort. Suriname rekent op jullie bijdrage aan de toekomst van ons land.”