Deze plechtigheid vormt een constitutioneel noodzakelijke stap voorafgaand aan de eerste vergadering van het nieuwgekozen parlement. De beëdiging volgt op de formele kennisgeving van 24 juni 2025 aan de president door De Nationale Assemblée over de verkiezingsuitslagen. Volgens artikel 66 van de Grondwet moet de Assemblee binnen dertig dagen na de algemene verkiezingen bijeenkomen. De eerste zitting wordt geleid door het oudste verkozen lid, een rol die ditmaal toekomt aan Parmessar. Voordat Parmessar zijn taak als fungerend voorzitter op zich kan nemen, bepaalt artikel 67 dat hij eerst de eed of belofte moet afleggen in handen van de president. Pas daarna is hij bevoegd om de overige vijftig gekozen volksvertegenwoordigers te beëdigen, waarmee het parlement officieel wordt geïnstalleerd. Aansluitend zal De Nationale Assemblée overgaan tot de verkiezing van een vaste voorzitter en vicevoorzitter. Deze functionarissen worden vervolgens beëdigd door de fungerend voorzitter, waarmee de parlementaire leiding formeel wordt vastgesteld.

 Benadrukt wordt dat deze stap niet slechts een formeel moment is, maar een essentieel onderdeel vormt van de democratische rechtsgang in Suriname. De regering-Santokhi beschouwt de beëdiging als een symbool van institutionele continuïteit, constitutionele orde en respect voor wet- en regelgeving.  Volgens de verklaring onderstreept de regering het belang van transparantie, rechtszekerheid en vertrouwen in het democratisch proces. “De regering roept alle betrokkenen op tot een waardige en ordentelijke voortzetting van het parlementaire proces,” luidt de boodschap.