Ook al speelt Iñigo Martínez (34) tegenwoordig voor Al-Nassr in Saoedi-Arabië, de verdediger volgt zijn oude club Barcelona nog altijd op de voet.
In gesprek met Mundo Deportivo verdedigde hij de spelersgroep van Hansi Flick, die volgens hem ondanks de recente tegenslagen nog altijd over genoeg leiderschap en kwaliteit beschikt.
Barcelona ging met een slecht gevoel de interlandperiode in na pijnlijke nederlagen tegen Paris Saint-Germain (1-2) in de Champions League en Sevilla (4-1) in La Liga. Na het vertrek van Martínez is aanvoerder Ronald Araújo (26) nog over als leider in de defensie, maar ligt er ook veel druk op de schouders van de jonge centrumverdedigers Eric García (24) en Pau Cubarsí (18). Toch ziet de routinier geen reden tot zorg.
“Nee, helemaal niet”, reageerde Martínez op de vraag of er na zijn vertrek een leiderschapsprobleem is ontstaan. “De defensie is goed bezet, met wat ups en downs, net als vorig jaar. Het klopt dat ik een belangrijke rol had in de kleedkamer, en als ik iets moest zeggen, deed ik dat. Maar ik denk niet dat er nu een gebrek aan leiderschap is. De groep is hecht, en er zijn genoeg spelers die hun stem laten horen als dat nodig is.”
Martínez benadrukte dat de buitenwereld het huidige Barça te snel afschrijft. “Mensen zeggen dat Barça het niet goed doet, maar in werkelijkheid staan ze slechts twee punten achter Real Madrid. Ik heb er alle vertrouwen in dat ze voor alle prijzen zullen strijden. Ik voel me nog steeds een beetje onderdeel van de ploeg.”
De verdediger, die afgelopen zomer transfervrij overstapte naar Al-Nassr, had ook lof voor de jonge talenten die de toekomst van Barcelona dragen. “Lamine Yamal is ongelooflijk volwassen voor zijn leeftijd. Hij zag me als een soort vaderfiguur toen hij op vijftienjarige leeftijd in de kleedkamer kwam. Wat hij nu laat zien is ongekend, en ik hoop dat hij zich niet te bewust wordt van de druk die hij draagt. En ook Cubarsí maakt grote indruk, ik heb zelden zoveel jonge spelers tegelijk op dit niveau zien presteren bij Barça.” (VI.nl)