PARAMARIBO – “Veteranen, wij zijn u niet vergeten.” Met deze krachtige woorden opende minister Uraiqit Ramsaran van Defensie op 8 augustus de derde editie van Veteranendag in de Memre Buku Kazerne.
Een dag vol ceremonie, waardering en reflectie, maar ook een dag waarop pijnlijke waarheden werden uitgesproken over de situatie van velen die ooit in uniform hun land dienden.
De bijeenkomst bracht tientallen oudgedienden, actieve militairen en hoogwaardigheidsbekleders samen. Het hoogtepunt: een indrukwekkend defilé van veteranen en militairen. Minister Ramsaran benadrukte in zijn toespraak dat de huidige krijgsmacht voortbouwt op de fundamenten die door voorgaande generaties zijn gelegd. “Elke stap die onze actieve militairen zetten, rust op de schouders van hen die eerder hebben gediend.” Draag het uniform met waardigheid. Uw uniform mag in de kast hangen, maar de eer die u verdient, blijft op het hart van deze natie geschreven.”
De minister prees niet alleen de inzet van veteranen in Suriname zelf, maar ook die militairen die onder de VN-vlag in Haïti dienden. “Hun bijdrage toont dat de moed van een Surinaamse veteraan geen grenzen kent.”
Brigadegeneraal Werner Kioe A Sen, bevelhebber van het Nationaal Leger, plaatste de rol van veteranen in een historisch perspectief. Hij noemde hen “levende hoofdstukken in onze geschiedenis” en herinnerde aan hun opoffering tijdens de Binnenlandse Oorlog. “Het was een strijd die ons allen raakte, in hart, ziel en familiebanden.” We mogen hun inspanningen nooit vergeten. Want vergeten is uitwissen, en dat leidt ertoe dat we de fouten van het verleden herhalen.”
De legertopman sprak duidelijke woorden over het belang van nationale eenheid: “Nooit meer zullen we wapens richten op onze eigen broeders en zusters. “Onze kracht ligt in verbondenheid en het besef dat onze vrijheid is betaald met bloed, zweet en tranen.”
Kolonel Jerry Slijngard, die namens de veteranen het woord voerde, richtte de aandacht op een schrijnende realiteit. Veel oud-strijders leven onder moeilijke omstandigheden en moeten, ondanks hun offers, nog steeds vechten voor hun bestaanszekerheid. “Wij kunnen het verleden niet ongedaan maken, maar we kunnen het heden verbeteren en de toekomst vormgeven op een manier die recht doet aan jullie inzet en menselijkheid.”
Slijngard legde ook een gevoelig punt bloot: het lot van gesneuvelde militairen na hun dood. Door het beleid van ruiming op begraafplaatsen dreigen graven van gevallen militairen te verdwijnen als families het behoud niet kunnen betalen. “Zelfs in de dood kunnen zij worden vergeten.” “Dat is onacceptabel.” Daarom pleitte hij voor de oprichting van een nationale erebegraafplaats voor gevallen militairen. Een plaats waar hun herinnering in ere wordt gehouden en waar de natie haar respect blijvend kan betuigen.
Hoewel Veteranendag bol stond van symboliek en eerbetoon, hing er ook een gevoel van urgentie in de lucht. De woorden van Ramsaran, Kioe A Sen en Slijngard maakten duidelijk dat waardering alleen niet genoeg is. Er is politieke wil en concrete actie nodig om het welzijn van veteranen veilig te stellen. De ceremonie in de Memre Buku Kazerne eindigde met het defilé, applaus en militaire eerbewijzen. Maar de echte test ligt buiten het kazernehek: of de beloftes en oproepen van deze dag daadwerkelijk leiden tot beleid dat de levensomstandigheden van Surinaamse veteranen structureel verbetert.
Veteranendag 2025 liet zien dat Suriname haar oud-strijders niet is vergeten. Maar het land staat nu voor de uitdaging om die woorden van waardering om te zetten in daden – zodat de mannen en vrouwen die ooit vochten voor onze vrijheid, nooit meer hoeven te vechten voor hun eigen waardigheid.