ADHD is geen ziekte die te genezen is; het is een on-derdeel van wie je bent. Het uit zich vaak in concentra-tieproblemen, druk gedrag en impulsiviteit.
Volgens hoogleraar Jan Buitelaar van het Radboud UMC wordt het steeds belangrijker om niet alleen me-dicatie te gebruiken, maar ook aandacht te besteden aan een gezonde levensstijl en omgevingsfactoren.
Het gebruik van ADHD-medicatie is de afgelopen 17 jaar verviervoudigd, volgens cijfers van het CBS. Buite-laar wijst erop dat dit niet automatisch betekent dat meer mensen ADHD krijgen, maar vooral dat de dia-gnose en de behandeling sneller worden gesteld. Er wordt tegenwoordig ook vaker lichte problemen gedi-agnosticeerd dan voorheen. Het toegenomen medi-cijngebruik zou deels komen door een betere herken-ning en meer aandacht voor het mentale welzijn, maar ook door een lagere drempel om medicatie voor te schrijven. Daarnaast nemen zelfdiagnoses toe, waarbij mensen zelf naar de huisarts gaan.
Medicatie bij ADHD helpt vooral om de zelfcontrole en concentratie te verbeteren, wat rust en meer energie oplevert. Bijwerkingen zoals minder eetlust, slaappro-blemen en negatieve gevoelens kunnen echter voor-komen. Sinds de jaren 60 worden ADHD-medicijnen voorgeschreven, en onderzoek wijst uit dat er geen grote negatieve langetermijngevolgen lijken te zijn, zo-lang de gezondheid regelmatig wordt gecontroleerd.
Naast medicatie zijn er ook andere behandelmogelijk-heden. Gezonde voeding en goed slapen blijven basis-regels. Daarnaast worden mindfulness, gedragsthera-pie, leefregels, beweging en rust aangeraden. Een groeiend onderdeel van de behandeling is zelfmana-gement, bijvoorbeeld via apps zoals Superbrains, die helpen doelen te stellen en tijd te plannen. De focus verschuift naar het leren omgaan met ADHD en het aanpassen van de leefomgeving en werkplek, zodat men beter kan functioneren. Bijvoorbeeld, in het on-derwijs en op de werkvloer wordt gekeken naar betere ondersteuning en structuur.
Wat betreft verschillen tussen mannen en vrouwen, geldt dat de behandeling in grote lijnen hetzelfde is. Echter, bij vrouwen wordt meer aandacht besteed aan hormonale schommelingen, zoals tijdens de men-struatiecyclus of overgang, die invloed kunnen hebben op symptomen. Vrouwen moeten vaak nog meerdere rollen combineren, waardoor een meer gerichte aan-pak nodig is. (NOS)