SCHIPHOL - Tahmina Akefi, de voormalige partner van Peter R. de Vries, vindt het "ondraaglijk" om het hoger beroep in de moordzaak bij te wonen. Ze was woensdag daarom niet aanwezig in de rechtbank.
De advocaat van Akefi las haar schriftelijke verklaring in de rechtbank op Schiphol voor. Ze noemde de moord op haar geliefde "onvoorstelbaar wreed". "De gedachte om opnieuw geconfronteerd te worden met de verdachten is ondraaglijk." Akefi heeft er daarom "uit zelfbescherming" voor gekozen het hoger beroep niet bij te wonen. De kinderen van De Vries en hun moeder zullen donderdag gebruikmaken van hun spreekrecht. Zij hebben deze week wel de zittingen bijgewoond. De Vries werd op 6 juli 2021 neergeschoten in de Lange Leidsedwarsstraat in het centrum van Amsterdam, na een uitzending van RTL Boulevard. Hij overleed negen dagen later aan zijn verwondingen. Er staan negen mannen terecht voor betrokkenheid bij de moord. Het gaat om onder anderen de vermoedelijke uitvoerders, onder wie Kamil E. en Delano G. en Krystian M., die dat tweetal rechtstreeks zou hebben aangestuurd. Of M. ook de opdrachtgever is, wilde E. afgelopen maandag tijdens de zitting niet zeggen, maar het Openbaar Ministerie gaat daar wel van uit.
In haar verklaring zei Akefi dat zij hoopt dat "de onderste steen boven komt" en duidelijk wordt wie de opdrachtgever is geweest. Met de aanhouding van verdachte Raily B., in april van dit jaar, lijkt volgens Akefi "weer een extra puzzelstuk te zijn gelegd". B. zou onder meer betalingen aan verdachten in de zaak hebben geregeld. Maar de "puzzel is nog allesbehalve compleet", stelde Akefi. Pas als dat het geval is, "kan echte rouwverwerking plaatsvinden". (NU/ANP)