Hoewel zijn regering werd gekozen op een platform van integriteit en rechtsstatelijkheid, erkende hij dat deze principes niet altijd breed gedragen worden in zijn politieke omgeving. “Er zijn ministers die daar moeite mee hebben,” zei Santokhi zonder omwegen.

Volgens de president vormt het streven naar goed bestuur en transparantie een continue uitdaging, vooral wanneer coalitiepartners of partijgenoten andere belangen najagen. “Men vindt dat het beleid moet worden aangepast naar politieke belangen, maar ik hou vast aan de wettelijke regels,” aldus Santokhi. Zijn uitspraken geven een zeldzame inkijk in de spanningen tussen de idealen van de president en de realiteit van de politieke praktijk in Suriname.

De president stelde verder dat het voor hem belangrijk is dat beleidsmaatregelen gebaseerd zijn op transparantie, wetgeving en objectieve procedures. Hij gaf het voorbeeld van de aanbestedingsprocedures voor staats opdrachten: “Er moet openbaarheid zijn, en iedereen moet de kans krijgen.” Toch erkende hij dat deze aanpak vaak botst met de verwachtingen van politici die gewend zijn aan een andere bestuurscultuur.

De aanpak van corruptie blijft ook buiten de politieke top een zorgenkind. Santokhi verwees naar de nationale anti-corruptiewetgeving en instellingen zoals de Financiële Inlichtingen Eenheid (FIU) en het Anti-Corruptie Instituut, maar gaf toe dat deze instanties nog niet het gewenste effect hebben gesorteerd. “Het is werk in uitvoering,” zei hij, waarbij hij aangaf dat structurele versterking en een cultuuromslag nodig zijn.

Een ander opvallend punt uit het interview is Santokhi’s verwijzing naar de rol van de media en de samenleving. Hij benadrukte dat corruptiebestrijding niet alleen een taak van de regering is, maar ook van de burger. “Als mensen blijven zwijgen, wordt niets opgelost.” “Er moet druk zijn vanuit de gemeenschap,” aldus de president.

Hoewel de president zich sterk maakt voor hervormingen, ontkomt hij niet aan kritiek. Veel burgers en politieke waarnemers wijzen erop dat zijn belofte van een ‘nieuwe politieke cultuur’ vooralsnog beperkt zichtbaar is in concrete resultaten.  Toch blijft Santokhi vasthouden aan zijn koers. “Ik weet dat het moeilijk is, maar we mogen niet terugvallen in het oude systeem,” zei hij. Met de verkiezingen van 25 mei  in aantocht, wordt het komende jaar cruciaal om deze beloftes alsnog waar te maken en het vertrouwen van de kiezer te herwinnen.