Tijdens een gesprek met Surinaamse journalisten benadrukte de koning dat zijn indrukken ‘diep en blijvend’ zijn, maar dat de tijd te kort was om het land echt te doorgronden.

 “Drie dagen is veel te kort”, zei hij openhartig. “We hebben twee indrukwekkende dagen in Paramaribo gehad en vandaag eindelijk de kans om iets van het land buiten de stad te zien.” De koning bezocht onder meer plantages langs de rivier, plekken die een belangrijke rol spelen in de gedeelde Surinaams-Nederlandse geschiedenis. Dat bezoek maakte volgens hem grote indruk.

Hoewel hij nog geen nieuwe reis heeft ingepland, liet Willem-Alexander duidelijk merken dat dit zeker niet zijn laatste keer in Suriname zal zijn. “Ik heb nog geen ticket geboekt, maar ik hoop zeer dat ik ooit nog de kans krijg om de jungle in te gaan, de bovenloop van de Surinamerivier te ontdekken”, zei hij. Het liefst zou hij dat ook samen met zijn kinderen doen, ‘om hen te laten zien wat Suriname werkelijk is.’

Het staatsbezoek, dat woensdag werd afgesloten, heeft volgens de koning ‘het raam geopend’ naar een dieper begrip van het land, de cultuur en de historische band tussen beide naties. “Ik wil echt veel meer ontdekken”, benadrukte hij.

Met die woorden sluit de koning een intensief bezoek af dat de relatie tussen Suriname en Nederland opnieuw in de schijnwerpers heeft geplaatst – en dat voor hem persoonlijk vooral smaakt naar een vervolg.