De man, Ahn Hak-sop, is een oud-spion en werd in 1953 gevangengenomen tijdens de Koreaoorlog.

Ahn, die in 1995 vrijkwam, hoort bij een groep van zes Noord-Koreanen die als militair of spion werkten. Zij hebben onlangs een repatriëringsverzoek ingediend. Ze waren in Zuid-Korea veroordeeld voor staatsvijandige activiteiten en zaten tientallen jaren vast omdat ze vasthielden aan het communisme. Zij zijn nu allemaal vrij. Bij zijn poging om de grens over te steken droeg Ahn de vlag van Noord-Korea, wat in Zuid-Korea strafbaar is. Volgens een organisatie die zijn terugkeer steunt, liep hij enkele honderden meters richting een militair controlepunt voordat hij werd tegengehouden. Ahn, die zijn actie vooraf had aangekondigd, is naar een ziekenhuis gebracht. De oud-militairen die willen terugkeren, vinden dat hun verzoeken in lijn met de Geneefse Conventies moeten worden behandeld. Volgens dit verdrag moeten krijgsgevangenen worden vrijgelaten en gerepatrieerd zodra de vijandelijkheden zijn beëindigd. Zuid-Koreaanse autoriteiten kijken naar "verschillende manieren om deze kwestie op te lossen". Ze verwachten dat meer veroordeelde Noord-Koreanen repatriatie zullen eisen. In 2000 stuurde Zuid-Korea - voor het eerst en het laatst - een groep van 63 voormalige gevangenen terug naar Noord-Korea tijdens een periode van toenadering. De Koreaanse Oorlog begon in 1950 en eindigde in 1953 met een wapenstilstand. Formeel zijn Noord- en Zuid-Korea nog altijd in oorlog. (Nu)