NEDERLAND - De woningnood in Nederland is nijpend en in een zoektocht naar oorzaken wordt in publiek en politiek debat geregeld naar migranten gewezen.
Arbeids- en asielmigranten hebben inderdaad invloed op de woningschaarste. Maar volgens experts is die invloed niet groot. Nederland kampt met een tekort van 400.000 woningen. Jonge volwassenen zoeken met moeite naar een eerste koopwoning en anderen staan jaren op wachtlijsten voor een sociale huurwoning.
Volgens het overheidsrapport De Staat van Migratie kwamen er vorig jaar 314.000 mensen naar Nederland. Ze kwamen vooral voor gezin, werk, studie of asiel. Volgens voorlopige cijfers vertrokken er 205.000 uit Nederland. De bevolking groeide dus met 109.000 mensen die ergens moeten wonen.
"Maar je kunt die aantallen niet zomaar vergelijken met het woningtekort, want een gedeelte van de migranten wordt anders gehuisvest.” “Bijvoorbeeld door werkgevers, of in azc's", zegt Marlou Schrover, hoogleraar economische en sociale geschiedenis aan de Universiteit Leiden.
Andere factoren hebben volgens haar meer invloed op het woningtekort. Ze noemt onder meer de haperende woningbouw, de kleinere huishoudens (waardoor er meer woningen nodig zijn) en de steeds grotere woningen van Nederlanders.
Overheidsbeleid heeft averechts gewerkt, vertelt Schrover. "In de jaren negentig wilde de politiek het bezit van een eigen woning aanmoedigen. Als gevolg daarvan werden veel sociale huurwoningen verkocht. Zo kwamen er meer koopwoningen, maar minder betaalbare huurwoningen. Daardoor werden wachtlijsten gigantisch lang. “Daarom wordt er gezegd dat het door migratie komt." "Natuurlijk heeft migratie invloed op de woningnood, maar lang niet zoveel als wordt gesuggereerd.” “Het is onzin om te beweren dat woningnood het gevolg is van migratie." (Nu)