PORTUGAL - Aardwetenschappers hebben onder de oceaanbodem ten zuidwesten van Portugal een nieuwe structuur van gesteentes ontdekt.
Ze verwachten dat de gevonden 'druipstructuur' de oorzaak is geweest voor de grootste aardbeving die ooit in Europa is waargenomen, 250 jaar geleden.
Voor het onderzoek werd er door wetenschappers van de Vrije Universiteit Amsterdam, de Universiteit van Lissabon en de Johannes Gutenberg Universiteit uit Mainz gekeken naar de zeebodem en diepere aardlagen in een deel van de Atlantische Oceaan. In dit gebied vond op 1 november 1755 een aardbeving plaats waardoor heel Lissabon werd verwoest.
Bij de aardbeving, die gezien wordt als de grootste aardbeving die ooit in Europa is waargenomen, kwamen zo'n 50.000 mensen om het leven. Er ontstonden zelfs tot dicht bij Nederland tsunamigolven die schade aanrichtten aan onder meer schepen in havens.
"Omdat de druipstructuur in de toekomst opnieuw voor krachtige aardbevingen zou kunnen zorgen, is onderzoek naar het gebied heel belangrijk." Dat zegt aardwetenschapper Wouter Schellart van de Vrije Universiteit Amsterdam. De wetenschappers hebben ondergrondse structuren in kaart gebracht, onder meer door middel van seismisch onderzoek.
"Met seismische meetstations konden we als een soort röntgenstraling door de aardkorst kijken. Daarbij zijn ook geluidstrillingen gebruikt. Op basis daarvan hebben we computermodellen gemaakt die de ondergrondse structuren laten zien en welke krachten, spanningen en plaat-tektonische bewegingen er voorkomen." (NOS)